In haar strijd tegen de luchtvervuiling neemt de Chinese overheid de Europese Unie – met haar geïntegreerd beleid en haar dwingende limieten en drempelwaarden voor luchtverontreiniging – steeds meer als voorbeeld. Chinese beleidsmakers en adviseurs zijn bovenmatig geïnteresseerd in hoe het Europese top-downbeleid wordt vertaald naar concrete maatregelen op regionale niveaus zoals Vlaanderen. Deze zomer streek een delegatie uit Peking neer bij VITO voor een intensieve training.

VITO kan bogen op een rijke en brede expertise in het domein van luchtkwaliteit. Sinds jaar en dag stelt ze haar knowhow en technologie ter beschikking aan beleidsmakers in Vlaanderen, België én daarbuiten, die ze gebruiken in de ontwikkeling en implementatie van maatregelen tegen luchtverontreiniging. Daarom kiezen bepaalde beleidsmakers graag VITO voor trainingen voor hun medewerkers. De reputatie van VITO als ‘opleidingscentrum’ is inmiddels wijdverspreid, tot voorbij de Europese grenzen. Zo mocht VITO tijdens de laatste week van juni en de eerste week van juli een twaalfkoppige delegatie van het Chinese Ministerie voor Ecologie & Milieu ontvangen, bestaande uit ambtenaren en adviseurs die hun kennis wilden bijspijkeren over het  proces achter de ontwikkeling van beleidsmaatregelen tegen luchtvervuiling, en vooral over de implementatie van overkoepelende regelgeving (zoals de Europese richtlijnen) op het niveau van nationale, regionale en lokale overheden.

Mondmaskers en luchtzuiveraars

Dat China worstelt met een slechte luchtkwaliteit, is een understatement. Een paar jaar geleden kon je in grootsteden zoals de hoofdstad Peking bijna niet buitenkomen zonder mondmasker tijdens periodes van zware luchtvervuiling. En de meeste stadsbewoners hadden een luchtzuiveraar in hun living of slaapkamer staan. Toch is er de laatste jaren heel wat aan het veranderen. Zo konden de inwoners van Peking vorige winter sedert lang nog eens genieten van een blauwe, smogloze hemel – toegegeven: dit was ook te danken aan het gunstige weer. Maar officiële metingen laten inderdaad een scherpe duik zien van tal van polluenten zoals fijn stof. Het lijkt er dus op dat het enorme land nu echt werk maakt van schonere lucht. Toch is er nog heel veel werk aan de winkel. “Eigenlijk is China nog maar sinds een tiental jaar begonnen met het aanpakken van dit gigantische probleem”, zegt Lisa Blyth van VITO. “De voorbije jaren hebben lokale overheden in enkele van de meest  vervuilde regio’s actie ondernomen, voornamelijk door de grootste bronnen van vervuiling aan te pakken zoals steenkoolcentrales. Dit in het kader van het landelijke voornemen om de concentratie van fijn stof (vooral PM2,5) terug te dringen. Het is een eerste stap, maar de aanpak moet natuurlijk nog sterk worden verbreed naar andere bronnen van vervuiling, en ook naar andere regio’s.”

Vaste voet aan de Chinese grond

VITO heeft al sinds 2010 vaste voet aan de grond in China, via dochterbedrijf LiboVITO. Dat bedrijf ondersteunt (voornamelijk) lokale overheden in het modelleren van de luchtkwaliteit, zodat ze de burgers tijdig kunnen waarschuwen als er een vervuilingspiek aankomt. “Via LiboVITO bieden we al jaren onze knowhow aan, alsook software en computermodellen die in Vlaanderen werden ontwikkeld”, aldus Blyth. De Chinese ambtenaren en adviseurs die in het begin van de zomer op bezoek waren bij VITO, waren natuurlijk al goed vertrouwd met de basics van een effectief beleid voor een betere luchtkwaliteit. Waar ze vooral in geïnteresseerd waren, was de manier waarop dat beleid wordt uitgerold over de verschillende niveaus, zowel politiek als geografisch. Blyth: “Welke maatregelen passen bij welke niveaus? Hoe worden de Europese  limiet- en drempelwaarden vertaald naar het Vlaams beleid? Welke rol spelen de verschillende stakeholders (Europa, de lidstaten, steden, burgers) in de implementatie van het beleid. En hoe moedigt de Commissie de effectieve implementatie aan? In dat soort vragen zijn de Chinezen heel erg geïnteresseerd.”

Nationale en regionale overheden

VITO gaf eerder al vergelijkbare trainingen aan delegaties van regionale Chinese overheden, meer bepaald uit de provincies Jinan, Tianjin en Hebei. Maar deze delegatie vertegenwoordigde dus het nationale niveau. “De nationale overheid wil de regio’s bevoegdheden geven om zélf actie te kunnen ondernemen tegen luchtvervuiling”, legt Blyth uit. “Maar daarvoor moeten de regio’s dus wel eerst kunnen beschikken over de juiste informatie, bijvoorbeeld over de bronnen van de vervuiling. De delegatieleden waren erg benieuwd hoe VITO hen daarbij kon helpen.” De training duurde twee weken. Tijdens de ochtend werden er uiteenzettingen gegeven over beleid en wetgeving, terwijl tijdens de namiddag specifieke case studies en tools aan bod kwamen. Die tools maken deel uit van de core business van VITO, dat natuurlijk zélf geen beleid implementeert. De VITO-software biedt beleidsmakers belangrijke  ondersteuning bij beslissingen in verband met luchtvervuiling. Daarnaast stonden er ook twee ‘excursies’ naar Brussel op het programma: de eerste naar het Vlaams Departement Omgeving, en nadien naar het directoraat-generaal Milieu van de Europese Commissie om daar enkele beleidsmakers te ontmoeten.

Verwachtingen ingelost

De organisator van deze delegatie (Yu Lei), adviseur bij de Chinese Academy for Environmental Planning, zag de verwachtingen van zijn groep ruimschoots ingelost. “In China zitten we nu in de tweede fase van onze strategie om de luchtvervuiling aan te pakken. Samen met het Ministerie (voor Ecologie & Milieu, red.) werken we volop aan een nieuw beleidskader om de vervuiling in specifieke gebieden aan te pakken, zoals de regio’s Peking-Tianjin-Hebei, de Yangtze-delta en de vlakten van de Fenhe- en Weihe-rivieren. In dat kader zal sterk worden samengewerkt met regionale en lokale besturen. We kiezen dus niet voor een top-downbenadering.” Dankzij de training bij VITO hebben Yu en zijn collega’s nu een beter zicht op de mechanismen achter het Europees beleid, met name hoe dat wordt uitgerold over de lidstaten en de verschillende beleidsniveaus. “We begrijpen nu ook beter de rol van de  diverse stakeholders, van de Europese beleidsmakers over nationale overheden tot stadsbesturen en individuele burgers.” In hoeverre is China eigenlijk vergelijkbaar met Europa, als het om luchtkwaliteit gaat? “In Europa staan we natuurlijk veel verder”, zegt Blyth. “Tal van grote problemen, denk maar bv. aan de uitstoot van zwavel, hebben we jaren geleden al opgelost. Of denk aan de smog die vroeger onze grote steden teisterde. Ook is de uitstoot van polluenten in heel wat sectoren drastisch teruggelopen, een gevolg van de strenge Europese regelgeving. Daardoor is de industrie vandaag niet meer de grootste vervuiler in Europese steden, terwijl dit in China nog een groot probleem is. De overheid is zich ervan bewust dat ze snel enkele belangrijke knopen moet doorhakken. Welke maatregelen nemen ze? En bijna even belangrijk: vanuit welk niveau doen ze dat: nationaal, regionaal of lokaal? Dat verklaart mee de grote interesse van de Chinese delegaties die ons al hebben bezocht.”