Het EEA-rapport ‘‘Trends and projections in Europe 2019 - Tracking progress towards Europe’s climate and energy targets’ presenteert een analyse van de EU-voortgang in het behalen van de 2020- en 2030-doelstellingen voor klimaat en energie.
De analyse is gebaseerd op officiële statistieken over energie en broeikasgasemissies tot 2017; voorlopige gegevens voor 2018, inclusief de 'geschatte EU-BKG-inventaris'; en nationale projecties van BKG-emissies gerapporteerd in 2019.
Dit rapport is opgesteld door het EEA en zijn European Topic Center for Mitigation and Energy Change (ETC / CME). De ETC / CME wordt gecoördineerd door VITO/EnergyVille en is een consortium van Europese instituten die het EEA helpt bij het ondersteunen van EU-beleid energie en mitigatie van klimaatverandering. VITO/EnergyVille was verantwoordelijk voor de beoordeling van de vooruitgang gemaakt in het kader van de energie-efficiëntiedoelstellingen.
Uit de EEA-analyse blijkt dat de EU goed op schema ligt om haar 2020-doelstelling, de uitstoot van broeikasgassen met 20% te verminderen vergeleken met de niveaus van 1990, te behalen. Voorlopige gegevens van de lidstaten geven aan dat de totale uitstoot van de EU in 2018 met 2,0% is gedaald, wat de totale reductie op 23,2% onder het niveau van 1990 brengt. De prognoses van de lidstaten zijn echter nog niet in overeenstemming met de doelstelling voor 2030: een vermindering van de broeikasgasemissies met ten minste 40%. Volgens de EEA-analyse kan het huidige beleid van de lidstaten tegen 2030 slechts een reductie van 30% opleveren, terwijl de uitvoering van alle gerapporteerde geplande beleidsmaatregelen de totale reductie op 36% zou kunnen brengen.
De doelstelling om het aandeel van hernieuwbare energiebronnen in het finale energieverbruik tegen 2020 te verhogen tot 20% in de EU ligt volgens het rapport "binnen handbereik". Het EEA schat dat het aandeel van hernieuwbare energiebronnen 18,0% bedroeg in 2018. In de transportsector kwam echter slechts 7,6% van de energie uit hernieuwbare bronnen in 2017 en naar schatting 8,1% in 2018, waardoor de sector het risico loopt de 2020-doelstelling van 10% te missen. Het aandeel hernieuwbare energie neemt nog niet snel genoeg toe om de 2030-doelstelling van 32% te halen. Volgens de EEA-analyse is het aandeel hernieuwbare energie jaarlijks met gemiddeld 0,7 procentpunten gestegen, maar in het volgende decennium moet de stijging gemiddeld ten minste 1,1 procentpunt per jaar zijn.
Het EEA schat dat het eindverbruik van energie - dit is energieverbruik door eindgebruikers - in de EU in 2018 voor het vierde opeenvolgende jaar met 0,1% groeide. De zorgwekkende algemene trend is het meest gangbaar in gebouwen, waar het finale energieverbruik van 2014 tot 2017 met 8,3% is gestegen, en in transport waar de stijging in dezelfde periode 5,8% bedroeg. Ondertussen geven schattingen aan dat het primaire energieverbruik - de totale energievraag - in 2018 met 0,9% is gedaald. Met deze trends lijkt het halen van de energie-efficiëntiedoelstelling voor 2020 steeds moeilijker, waarschuwt het EEA. Om het streefcijfer van 32,5% reductie voor 2030 te halen, moet het energieverbruik van de EU bovendien meer dan twee keer zo snel dalen als het daalde tussen 2005 en 2017. Ondanks de algemene trends en het risico dat de energie-efficiëntiedoelstelling voor 2020 op EU-niveau niet gehaald zal worden, hebben een aantal lidstaten opmerkelijke vooruitgang geboekt, merkt de EEA op.