Eind 2019 deed de Europese Commissie met de ‘Green Deal’ haar nieuwe duurzame groeistrategie uit de doeken. Toen kwam de coronacrisis, wat de Europese beleidsmakers noopte tot het ontwerp van een ambitieus economisch herstelbeleid, dat ‘Next Generation EU’ werd gedoopt.  In grote lijnen is dit gebaseerd op dezelfde principes als de Green Deal, waardoor het wel duidelijk is dat de Europese lidstaten een ‘groene relance’ te wachten staat. Europa ambieert daarmee een sprong vooruit naar een duurzame toekomst in plaats van een terugkeer naar de status quo vóór corona. Voor VITO klinkt dat allemaal zeer vertrouwd. ‘Vanuit duurzaamheid economische impact creëren: dat zit in ons DNA.’

Hoewel de coronacrisis nog (lang) niet is afgelopen, is nu al duidelijk dat de economische ravage ongezien is. Liefst 98 procent van de reguliere Vlaamse bedrijven ondervond (of ondervindt nog altijd) ernstige problemen, zo blijkt uit een recente enquête van Vlaanderen Circulair en VITO. Maar de resultaten van deze bevraging tonen ook een lichtpuntje: twee derde van de circulaire bedrijven gaven aan dat ze tijdens de crisis geen tekorten hadden aan grondstoffen, precies dankzij hun lokale aanvoerlijnen. Kortom: een circulair businessmodel biedt tijdens een crisis zeker voordelen.

Nieuwe groeiagenda

Laat de transitie naar een (meer) circulaire economie net een van de kernelementen zijn van de ‘Green Deal’, de groene beleidsstrategie waarmee Europees Commissievoorzitter Ursula von der Leyen eind 2019 trots uitpakte. De Green Deal houdt veel meer in dan de ambitie om Europa tegen 2050 klimaatneutraal te maken – waartoe ze vaak wordt gereduceerd. In feite gaat het om een volstrekt nieuwe economische groeiagenda, goed voor 1.074 miljard euro te spenderen tijdens de periode 2021-2027. ‘Het bijzondere aan de Green Deal is dat de groene, duurzame economie echt als een opportuniteit wordt gezien’, zegt Arnoud Lust, manager internationale ontwikkeling bij VITO. ‘In tegenstelling tot vroeger wordt “groen” dus niet meer aanzien als iets wat automatisch geld kost. Integendeel, de baten zijn groter dan de investeringen.’ Bij VITO is dat natuurlijk allang geweten. ‘Vanit duurzaamheid economische impact creëren: dat zit in ons DNA. Het is mooi om dit nu ook terug te zien in de strategische langetermijnvisie van de Europese Unie.’

De coronacrisis noopte Europa echter om nóg een strategisch investeringsprogramma in het leven te roepen. Dat werd ‘Next Generation EU’. Zo beslisten de Europese leiders aan het begin van de zomer 2020 om niet minder dan 750 miljard euro vrij te maken voor een post-coronaherstelbeleid. Opvallend: dit economische relancepakket ademt grotendeels dezelfde geest als de Green Deal – daarnaast steunt het ook sterk op digitalisering. Duurzame energie, circulaire economie, grondstoffenefficiëntie, massale renovatie van gebouwen … Door hierin te investeren wil Europa zich uit het economische moeras trekken. Een voor een zijn dit thema’s waarop ook VITO al jaren focust. ‘Zowel de Green Deal als Next Generation EU zijn gebaseerd op principes die perfect aansluiten bij onze missie’, zegt Bruno Reyntjens, commercieel directeur van VITO. ‘Neem daarbij nog onze opdracht om de Vlaamse economie te stimuleren, en het plaatje is compleet.’ Vlaamse bedrijven kunnen zich de komende jaren dan ook verwachten aan een hele batterij aan nieuwe initiatieven om hen te helpen duurzamer en veerkrachtiger te worden. En daarbij kunnen ze op VITO rekenen, dat op dit vlak een logische partner is om mee samen te werken. Reyntjens: ‘Bedrijven kunnen meer dan ooit bij ons terecht voor samenwerking in onderzoeksprojecten en gezamenlijke technologie-ontwikkelingen en natuurlijk voor advies over te volgen strategieën, om hen wegwijs te maken in het brede aanbod van subsidie-instrumenten en  investeringsmogelijkheden. VITO beoogt daarbij vooral een verbindende rol, bijvoorbeeld binnen consortia van bedrijven die samenwerken rond één specifiek thema’, aldus Reyntjens.

Rondetafelgesprekken

De groene relance zal overigens niet alleen op de lange termijn vruchten afwerpen. Ook op korte termijn kan ze een flinke stimulans geven aan de Vlaamse economie en werkgelegenheid, blijkt uit een denkoefening die VITO deze zomer maakte – dit gebeurde in het kader van een rondetafelgesprek over de rol van de bouwsector in een economisch herstelbeleid. ‘Door groene investeringen, bijvoorbeeld in de verbetering van de bebouwde (stedelijke) omgeving van Vlaanderen, kunnen we een dubbel effect creëren’, stelt Lust. ‘De upgrade van de energetische status van gebouwen of  wijken heeft een positieve klimaatimpact maar leidt ook tot economische winst in de vorm van toegenomen werkgelegenheid en toegevoegde waarde door de implementatie van state-of-the-art nieuwe technologieën’. Een mooi voorbeeld dus van hoe economische winst kan samengaan met milieu- en klimaatbaten. Niet toevallig beoogt de Green Deal dat jaarlijks 3 procent van de gebouwen in Europa worden opgewaardeerd, tegen slechts 1 procent vandaag.

De andere rondetafelgesprekken die VITO organiseerde over duurzame energie en circulaire economie leidden tot gelijkaardige conclusies. De verdere uitbouw van een duurzaam energiesysteem zal Europa tegen 2050 bijvoorbeeld niet alleen klimaatneutraal (helpen) maken, maar ook veel minder afhankelijk van fossiele brandstoffen afkomstig van buiten Europa. Tijdens het rondetafelgesprek bleek wel dat de energiewereld een stabiel kader verwacht waarin duidelijke duurzame beleidskeuzes worden gemaakt. Ook hieromtrent strekt de helderheid van de Green Deal tot voorbeeld. Wat de circulaire economie betreft zijn de baten duidelijk: ondernemingen met een circulaire bedrijfsvoering opereren niet alleen duurzamer, maar kunnen tegen een stootje en zijn dus veerkrachtiger – dat heeft deze crisis wel bewezen.

Focus op toepassingen

Behalve de thematische inhoud van de Europese groei- en relanceplannen zijn er ook qua bestemming van de financiële ondersteuning sterke overeenkomsten met de bedrijfsvoering van VITO. ‘We merken dat de Commissie zich veel meer dan vroeger richt op piloot- en demonstratieprojecten’, zegt Lust. ‘Zeg maar de onderzoeksfase dichterbij toepassing en commerciële valorisatie. Dat is ook bij VITO zo: wij helpen vooral bedrijven met projecten voorbij de fase van het basisonderzoek.’ Daarenboven zullen veel fondsen van het R&D-programma Horizon Europe en de EFRO-fondsen voor regionale ontwikkeling gericht zijn op KMO’s en start-ups – onder andere via het flink gespijsde Accelerator-programma van de European Innovation Council (EIC). ‘Via de nieuwe ondersteuning kunnen ook start-ups en KMO’s in samenwerking met VITO nieuwe toepassingen rond cleantech ontwikkelen. We zullen ook bestaande VITO-technologieën in het economische landschap injecteren via spin-offs en licenties’, zegt Bart Swaelens, verantwoordelijk voor de tech transfer bij VITO. ‘Zo genereren we mee nieuwe en duurzame economische activiteit.’

De focus op start-ups en kleine bedrijven in de Europese investeringsplannen is trouwens ideaal voor Vlaanderen, dat sinds lang steunt op zijn sterke KMO’s. ‘En uitgerekend deze bedrijven behoren tot onze belangrijkste partners’, zegt Lust. ‘De Europese strategie komt dus op heel wat vlakken overeen met die van VITO.’

Contact:
+32 14 33 51 73