Mijn motivatie om onderzoek te doen

Als je even op het internet kijkt of lid wordt van de groepen van onderzoekers op sociale netwerken, vind je eerst een eindeloze lijst met klachten: weinig carrièrekansen, weinig financiering, te veel werk, depressieproblemen. Niettemin doen miljoenen mensen overal ter wereld onderzoek, ieder met hun eigen, persoonlijke reden om door te gaan. Sommigen worden gedreven door pure nieuwsgierigheid, anderen door passie; sommigen door de dynamische aard van het werk, anderen door de uitdaging om grote ontdekkingen te doen. En dan ben ik er nog.

Werken voor landbouwers

Ik ben onlangs begonnen met mijn doctoraat in teledetectie voor de landbouw. Teledetectietechnologieën worden elke dag verkend en verbeterd om een breed scala aan diensten te bieden: van het in kaart brengen van gewassen tot vroege stressdetectie, van ontbossing tot irrigatiebeheer, aardobservatietechnieken worden nu een ondersteuningsinstrument voor elke activiteit in de landbouw, op elke schaal. In mijn onderzoek richt ik me op perenboomgaarden: landbouwers in België telen dit gewas in toenemende mate, omdat het zich goed aanpast aan het klimaat en de bodem van sommige streken in het land. Een van de grootste uitdagingen voor de landbouwers is het kennen van de groeifase van de planten in het hele veld, die verschillende interventies kan vereisen: bijvoorbeeld een andere dosis groeiregelaar of een andere hoeveelheid water. Dat geldt vooral voor fruittelers, aangezien de groei van bomen wordt beïnvloed door de milieuomstandigheden van het huidige jaar maar ook van de afgelopen jaren. Landbouwers kennen hun bomen zo goed als hun kinderen en kunnen gemakkelijk zien welk deel van de boomgaard gewoonlijk eerder bloeit of eerder bladeren verliest. Ze beschikken echter nog steeds niet over een instrument dat hen dit soort informatie systematisch in tijd en ruimte kan geven. Mijn uitdaging is het bouwen van de basis voor zo'n instrument.

Een verschil maken

Waarom ik dit doe? Het duurde een tijdje voordat ik deze vraag kon beantwoorden en ik moest ervoor teruggaan naar de wortels van mijn discipline. Ik heb een achtergrond in de landbouwwetenschappen, die universiteitsdiscipline die plantwetenschappen en economie, meteorologie en politiek combineert, met als enig doel om landbouw duurzaam, winstgevend en rechtvaardig te maken. Duurzaam voor het ecosysteem, winstgevend voor de landbouwer, voor iedereen, overal ter wereld. Een uiterst verafgelegen doel. Het is onvermijdelijk ons af te vragen: "Maken we een verschil met ons werk?" Een van mijn favoriete boekpersonages antwoordde ooit: "Misschien. Soms. Niet veel. Maar ik weet dat we nooit moeten stoppen met proberen. We moeten onthouden dat elk klein beetje telt." Dat is wat onderzoek voor mij is: de grote inspanning die ons een stapje dichter bij een betere wereld brengt. Het maakt niet uit of je in de academische wereld of in een bedrijf werkt, voor de overheid of voor een privébedrijf. Stop niet met onderzoek doen. Stop niet met proberen om een verschil te maken.