Het traject Vlaanderen WaterProof demonstreert hoe we onze regio beter kunnen wapenen tegen droogte en andere gevolgen van de klimaatopwarming zoals extreme neerslag. Dat gebeurt in drie lokale maar grootschalige ‘demoruimtes’. Een daarvan is een bedrijventerrein in het West-Vlaamse Tielt. Hier wordt de site waterbestendig gemaakt met acht specifieke acties die winst halen uit water. Het is de bedoeling om die waterwinsten later te repliceren elders in Vlaanderen.

Vlaanderen WaterProof maakt deel uit van de ambitieuze Blue Deal, het breed beleidsprogramma waarmee de Vlaamse regering de strijd aangaat tegen droogte. WaterProof zet daarbij in op maatregelen die zowel droogte als wateroverlast aanpakken – beide kanten van dezelfde medaille van de klimaatopwarming. De drie demoruimtes zijn bedoeld om ervaring op te doen met slimme ingrepen zoals waterbuffering, vernatting en circulair watergebruik, maar ook met lokale samenwerking om doeltreffend en duurzaam met water om te gaan. Op het bedrijventerrein in Tielt is het de uitdaging om wateroplossingen te verzoenen met de verdere ontwikkeling van de site en een aangename werkomgeving.

Circulair watergebruik en buffering als oplossing tegen droogte

Het WaterProof-traject loopt tot begin 2025, en dat geldt dus ook voor de demonstratie op het Tieltse bedrijventerrein. ‘We zijn hier vertrokken van acht mogelijke strategieën of “waterwinsten” om deze site waterproof te maken’, zegt Wim Schiettecatte van VITO. ‘Voor elk van deze acht bekijken we hoe de concrete winst voor het hele bedrijventerrein eruitziet.’ De waterwinsten vormen een uiteenlopend scala aan wateroplossingen: van ontharding (beton en asfalt omvormen tot groen) over collectieve buffering tot maximaal hergebruik van regenwater.

Collectiviteit is inderdaad een element dat in de demoruimte en ook in het hele WaterProof-project vooropstaat. Er wordt gestreefd naar maximale interactie met lokale betrokkenen. Op het Tieltse bedrijventerrein zijn dit een vijftiental leidende bedrijven (waaronder een grote tapijtenfabrikant maar ook landbouwbedrijven naast de industriesite) en de lokale brandweer. Schiettecatte: ‘We kunnen de waterwinsten enkel realiseren als we de lokale stakeholders meehebben en we de wateroplossingen toepassen op een geïntegreerde manier. VITO’s transitieteam Nexus en Vlakwa, het Vlaams Kenniscentrum Water, bieden hier waardevolle ondersteuning.’

Om het draagvlak te versterken worden er in Tielt ontmoetingsmomenten georganiseerd. Op zulke events kunnen lokale partners meteen ook intekenen als deelnemer aan een of meerdere waterwinsten. In juni 2022 was er nog een event waarbij het bedrijventerrein vertegenwoordigd was en waar naast VITO o.a. ook het Tielts stadsbestuur talrijk aanwezig was. Tijdens die events duiken ook vragen op die de experten (van VITO, De Watergroep en Aquafin) in eerste instantie nog niet hadden meegenomen in de scope – maar laat dat nu juist de opzet zijn van de synergie met lokale betrokkenen in de projectuitvoering. ‘Uit infiltratietests weten we dat de natuurlijke bodem op het bedrijventerrein eerder matig water doorlaat’, zegt Schiettecatte. ‘Bij enkele lokale partijen leeft daardoor de vrees dat de verhoogde infiltratie die we voorstellen zou kunnen leiden tot wateroverlast. Dat is dus zeker een aspect waarmee we verder aan de slag moeten.’

Rond andere waterwinsten werd dan weer wel snel overeenstemming bereikt. Twee ervan gaan reeds richting realisatie en zitten momenteel in de vergunningsfase. Het gaat onder meer om de heraanleg van een toegangsweg op het industrieterrein met een veilig fietspad, een innovatieve infiltrerende onderfundering, een slim aangestuurde regenwaterriool én een groenstrook tussen weg en fietspad – een voorbeeld waarbij een wateroplossing ook mobiliteit en vergroening ten goede komt.

Regenwater opvangen op bedrijventerreinen

Een andere bezorgdheid die leeft bij de lokale bedrijven draait rond PFAS, de familie van chemische stoffen die heel Vlaanderen de afgelopen twee jaar heeft leren kennen. Schiettecatte: ‘Stoffen uit de PFAS-familie komen onder meer vrij bij blusacties. Om de bedrijven te ontzorgen bekijken we in welke mate de lokale historische vervuiling met die stoffen een risico vormen op contaminatie van de bodem en van het grondwater.

Nog iets wat naar voren kwam tijdens de lokale bijeenkomsten was de bedrijfswetgeving. Die is immers toegespitst op individuele bedrijven, terwijl het net de essentie is van de Tieltse demoruimte om naar gemeenschappelijke oplossingen te streven. ‘Het is cruciaal dat de bedrijven, die buren zijn van elkaar, samenwerken’, benadrukt Schiettecatte. ‘De ene firma kan veel dakoppervlak hebben en dus veel potentieel om regenwater op te vangen, terwijl zijn buur misschien een kleiner dak heeft. Maar die buur heeft in zijn procesvoering mogelijk wel een veel grotere waterbehoefte. Dit soort zaken kunnen veel beter op elkaar worden afgestemd.’

Het doel binnen het project is dus om het Tieltse bedrijventerrein waterproof te maken. Maar uiteindelijk moeten ook andere bedrijventerreinen – en soortgelijke sites – er baat bij kunnen hebben. ‘Eigenlijk ontwikkelen we hier een toolbox waarmee bedrijventerreinen in heel Vlaanderen waterproof kunnen worden gemaakt’, aldus Schiettecatte. ‘Het is niet de bedoeling dat alle tools (of waterwinsten) ook op exact dezelfde manier elders worden gebruikt. Maar het is belangrijk om ze achter de hand te hebben en te kunnen toepassen daar waar de specifieke lokale situatie daarom vraagt.’

Contact:
+32 14 33 69 39