Kan de zogenaamde Product Environmental Footprint-methode (PEF-methode) toegepast worden op het niveau van een volledig gebouw? 

VITO kreeg de opdracht van de Europese Commissie om dit als projectcoördinator samen met een aantal partners uit te zoeken. De PEF-methode werd tussen 2014 en 2018 uitgetest op verschillende producten, waaronder bouwproducten zoals isolatiematerialen, leidingsystemen voor woningen, verven, fotovoltaïsche en metalen panelen. In het PEF4Buildings-project werd gevraagd om die methode ook te gebruiken om de ecologische voetafdruk van een volledig gebouw te berekenen. 

Gebouwen ecologisch in kaart gebracht

Een gebouw ecologisch in kaart brengen is een zeer complex gegeven: het gaat niet alleen om de verschillende bouwmaterialen op zich, maar ook wat de gevolgen zijn van de interactie tussen die verschillende materialen. Daarom gebeurde het onderzoek ook in drie stappen.

In een eerste stap werd de PEF-methode getest voor twee nieuwe kantoorgebouwen. Het ene kantoor beantwoordde aan alle basiseisen qua energieprestaties, het tweede kantoor was een bijna-energieneutraal gebouw. De focus was vooral gericht op de methodologie en op het opstellen van aanbevelingen. Zo blijkt bijvoorbeeld dat de verschillende richtlijnen voor individuele bouwproducten (de zogenaamde PEFCR’s – Product Environmental Footprint Category Rules) niet volledig op elkaar zijn afgestemd.

In een tweede stap werd een mogelijke aanpak voor het benchmarken van kantoorgebouwen en het definiëren van prestatieklassen ontwikkeld. Op die manier worden prestaties van gebouwen overal op een identieke manier in kaart gebracht en met elkaar vergeleken. Deze stap heeft aangetoond dat er een gemeenschappelijke EU-methode moet gedefinieerd worden om de milieueffecten van gebouwen te berekenen en dat er nood is aan een gemeenschappelijke methode voor het bepalen van milieucriteria. Het zou bovendien goed zijn als er één benchmark komt voor zowel de materiële als de energie-impact.

In een derde stap werd gekeken naar de beoordeling van het hele gebouw. Er werd gezocht naar een manier om met de PEF-methode de beoordeling van de milieuprestaties van de afzonderlijke bouwproducten te koppelen aan de beoordeling van een gebouw. De aanbeveling die werd opgesteld, pleit voor één PEFCR op gebouwniveau. Die kan dan dienen als basis voor alle nieuwe PEFCR’s voor bouwmaterialen.

De resultaten van dit project worden nu gebruikt om met de Europese Normalisatie Commissie (CEN TC 350) uit te zoeken hoe alle bevindingen kunnen worden ingepast in de bestaande, Europese norm.