Nu enkele binnenlandse bedrijven overschakelen op de massaproductie van mondmaskers, is er plots grote nood aan een gedegen en geaccrediteerde kwaliteitscontrole. Daarom breidt VITO haar bestaande testinfrastructuur momenteel snel uit voor de controle van FFP-mondmaskers.
De gebeurtenissen van de voorbije weken maken het nog maar eens duidelijk: een adequate en betrouwbare kwaliteitscontrole voor beschermingsmateriaal zoals mondmaskers is absoluut onmisbaar in deze crisis. Bovendien wordt die controle best in het binnenland georganiseerd, daar het een strategische dienstverlening is aan bedrijven en overheden.
Momenteel is er in ons land nog geen geaccrediteerd labo voor kwaliteitstests op halfgelaatsmaskers van de types FFP1, FFP2 en FFP3. ‘Dit gebeurde tot nu altijd in buitenlandse labo’s, bijvoorbeeld in Duitsland’, zegt Gert Otten van VITO. ‘Bij de tests wordt gecontroleerd of een mondmasker aan de vigerende Europese norm voldoet.’ In de coronacrisis is dit van levensbelang, want met mondmaskers kan het zorgpersoneel zich bijvoorbeeld beschermen tegen het virus. ‘Als een fabrikant van mondmaskers groen licht krijgt van zo’n labo, ontvangt het een conformiteitsattest dat hij aan zijn klanten kan voorleggen.’
Nu enkele bedrijven in Vlaanderen hebben beslist om zich te gaan toeleggen op de massaproductie van mondmaskers, is de nood aan kwaliteitscontrole en certificatie plots hoog. Daarom klopte Vlaams Minister voor Economie Hilde Crevits aan bij VITO met de vraag of ze deze rol op zich kon nemen. Otten: ‘Als referentielabo hebben we veel ervaring met metingen van aerosolen en van gassen. De vraag vanuit het kabinet kwam dus niet onverwacht. Bovendien beschikken we op dit vlak al over infrastructuur en expertise waarmee we bijvoorbeeld voor bedrijven allerhande testen rond luchtzuiveringstechnieken uitvoeren. De controle van mondmaskers kun je als een uitbreiding hierop zien. VITO gaat hiervoor ook samenwerken met Centexbel, het testinstituut van de Belgische textielnijverheid.’
Om aan de Europese norm (NBN EN 149+A1 : 2009), te voldoen moeten deze mondmaskers slagen op een uitgebreide reeks testen. ‘In eerste instantie controleren we of ze de virusdeeltjes tegenhouden’, vertelt Otten. ‘Dit doen we met partikels van vergelijkbare grootte onder de vorm van een aerosol, en dit bij hoge concentratie. De aerosol wordt door een beademingstoestel aangezogen en blootgesteld aan een dummyhoofd met masker op.’ Bij andere tests wordt bijvoorbeeld de sterkte van het materiaal gecontroleerd, de mogelijkheid om het mondmasker correct aan- en af te zetten en de praktische bruikbaarheid (de maskers mogen bijvoorbeeld niet te veel hinderen).
Door de hoogdringendheid heeft de Europese Commissie haar norm vereenvoudigd, waarbij gefocust wordt op de kritische veiligheidstesten. VITO doet er alles aan om haar testinfrastructuur voor mondmaskers zo snel mogelijk voor deze ‘covid-19-norm’ klaar te hebben. ‘Mondmaskers zullen ook cruciaal worden tijdens de exitstrategie’, aldus Otten.
In een tweede fase wil VITO daarom haar expertise ook gaan inzetten om gebruikers van mondmaskers bij te staan, bijvoorbeeld met richtlijnen over correct gebruik en over sterilisatie en hergebruik.