- en
Bedrijven in steden creëren verschillende soorten afval die gescheiden moeten worden aangeboden en opgehaald. Het wordt echter almaar moeilijker om dit bedrijfsafval selectief op te halen. Onder meer omdat lokale besturen almaar meer beperkingen opleggen die, vaak onbedoeld, een effect hebben op de logistieke organisatie van de afvalinzameling. Denk bijvoorbeeld aan lage emissiezones, circulatieplannen, toegangsverboden voor zwaar vrachtvervoer, venstertijden voor laden en lossen, beperkingen in de nabijheid van scholen…
Terwijl de ophaling steeds meer door intercommunales en private ophalers wordt uitgevoerd die in meerdere steden, in heel Vlaanderen of zelfs in verschillende landen actief zijn, zijn de toegepaste beperkingen van strikt lokale aard. Cruciaal om weten is dus in welke technologieën, materieel en operationele oplossingen de ophalers zouden moeten investeren om, ondanks de diverse lokale beperkingen, de selectieve ophaling van bedrijfsafval vlot en efficiënt te laten verlopen. Welke oplossingen kunnen we bedenken, en hoe kunnen de afvalophalers ze het best implementeren? Het VIL-project ‘Urban Waste Collection’ gaat op zoek naar antwoorden op deze vragen.
Dirk Nelen, senior onderzoeker duurzaam materiaalbeheer (VITO), beantwoordt onze vragen over de ambities van ‘Urban Waste Collection’ en de rol van VITO in het geheel.
Hoe kader je deze beperkingen vanuit het standpunt van de steden?
Dirk Nelen: “Steden nemen de beperkende maatregelen uiteraard vanuit hun eigen problematiek. Ze willen de leefbaarheid in hun stad verbeteren, onder meer door de vermindering van fijnstof en het creëren van een vlottere en ‘groenere’ verkeerscirculatie. Minder verkeer zorgt er bijvoorbeeld ook voor dat historische gebouwen minder snel beschadigd geraken. Maar deze maatregelen hebben dus onbedoeld ook een grote impact op de inzameling van afval. Daarom startte VIL in juni 2018 een overleg rond deze problematiek op, in samenwerking met zes steden/intercommunales en zeven bedrijven/organisaties actief in de ophaling van bedrijfsafval. VITO zorgt voor de wetenschappelijke onderbouwing. Samen ijveren we voor een schonere wereld waarin logistiek en duurzame mobiliteit in de binnensteden hand in hand gaan.”
Hoe omschrijf je de scope van ‘Urban Waste Collection’?
Als eerste heeft het projectteam de huidige bedrijfsafvalstromen in acht Vlaamse steden (Gent, Blankenberge, Kortrijk, Menen, Genk, Roeselare, Brugge en Mechelen) geanalyseerd en de opgelegde beperkingen in kaart gebracht. We bekijken onder andere de impact van lokale beperkingen op de selectieve ophaling van specifieke bedrijfsafvalstromen in de stad, zoals bijvoorbeeld keukenafval, papier en karton, gebruikte vetten en oliën, puin en bedrijfsrestafval. Daarnaast zijn we nu ook betrokken bij de analyse van technologische en logistieke factoren die nodig zijn om te komen tot gedragen oplossingen.
Hoe zien jullie het project evolueren?
Het komt er natuurlijk op aan om oplossingsgericht te denken, en niet louter theoretisch. Enkel lokaal gedragen oplossingen zullen hun nut bewijzen in de toekomst. Maar het gaat nog verder: door middel van een innovatieve logistieke aanpak bij de inzameling kunnen we zelfs opportuniteiten creëren die leiden tot een meer circulaire economie.
Zie je dit project ook op grotere schaal functioneren?
Absoluut, dat is ook ons doel. Na de analysefase passen we door de projectpartners geselecteerde oplossingsrichtingen toe in de praktijk. Op die manier kan je ook een kosten-batenanalyse opmaken, rekening houdend met zowel economische als met milieukosten. Als we deze voor een bepaald type afval in één van de steden in kaart gebracht hebben, kunnen we ook beleidsaanbevelingen geven die toepasbaar kunnen zijn in andere Vlaamse steden of voor andere selectief opgehaalde afvalstromen. Op die manier draagt ‘Urban Waste Collection’ bij tot een gedegen onderbouwing voor het investeringsbeleid van logistieke operatoren.
Wat is de rol van VITO binnen dit project?
Vanuit maatschappelijk oogpunt creëert dit project impact door de verbetering van de leefbaarheid van de steden (veiligheid, emissies, geluids- en geurhinder,…) te verzoenen met een effectieve en efficiënte afvalinzameling. Die verhoogde effectiviteit zit vervat in de ambitie van ‘Urban Waste Collection’ om oplossingsrichtingen te zoeken en aan te bieden die ook bijdragen tot een maximale valorisatie van stedelijke bedrijfsafvalstoffen. Dit past in een circulaire transitie waarbij we op een efficiëntere manier meer bruikbare materialen halen uit afval. Als onafhankelijke Vlaamse onderzoeksorganisatie op het gebied van duurzame ontwikkeling willen we de transitie naar een duurzame wereld versnellen. We zetten sterk in op de ontwikkeling van innovatieve technologieën die het sluiten van materiaalkringlopen gemakkelijker maken, niet alleen in het recyclageproces, maar al vanaf het moment dat het te recycleren afval wordt ingezameld.
Onze onderzoekers hebben een klare kijk op hoe je op de beste manier, zo veel mogelijk kwalitatieve materialen uit afval kan recupereren. Een grondige kennis van de verschillende afvalstromen en van de stappen die nodig zijn om het afval tot bij een verwerker te brengen, gekoppeld aan onze innovaties, stelt ons in staat om nieuwe technologieën en processen te ontwikkelen voor een duurzame transformatie van afval tot hoogwaardige producten.
VIL, het innovatieplatform voor de logistieke sector in Vlaanderen, brengt de betrokken stakeholders samen om rendabele, praktisch haalbare en breed gedragen logistieke oplossingen uit te werken en te testen. ‘Urban Waste Collection’ is een samenwerking van zes steden/intercommunales en zeven organisatie/bedrijven betrokken bij de ophaling van bedrijfsafval. Projectdeelnemers zijn BEBAT, INOVIM, IVAGO, IVBO, MCA Recycling, Mirom (Milieuzorg Roeselare en Menen), Recupel, Renewi, stad Genk, stad Mechelen, IMOG, Suez en Vanheede Environmental Group. Het project geniet de steun van VLAIO, het Agentschap Innoveren en Ondernemen van de Vlaamse overheid.