In dit traject lag de focus niet alleen op de verbetering van de efficiëntie van zonnecelmodules en de beperking van elektrische verliezen (bijvoorbeeld met lokale gelijkspanningsnetten, waardoor er minder omvormers nodig zijn), maar ook op het esthetische element. Aan de horizon gloort immers de smart city, die haar elektriciteit voor een zeer groot stuk haalt uit lokaal opgewekte zonnestroom. De EnergyVilleonderzoekers ontwikkelden daarom fotovoltaïsche cellen die kunnen geïntegreerd worden ín het dak (dus niet alleen in panelen die erop liggen), de buitenmuren en zelfs de vensters. Zo worden bouwonderdelen tegelijk elektrische bronnen – het geeft architecten bovendien een extra opportuniteit om huizen en gebouwen te verfraaien.
Zonnepanelen produceren doorgaans het meest tijdens de uren waarin het elektriciteitsverbruik van het gemiddelde Vlaamse gezin op een laag pitje staat. Opslag van deze energie voor gebruik tijdens de vraagpieken is daarom van enorm belang. In SolSThore werd elektrochemische opslag onder de loep genomen, in de vorm van verbeterde vaste elektrolyten. Daarnaast werkten de onderzoekers ook verder aan beheersystemen voor (thuis-) batterijen.